In onderstaande afbeelding worden de gegevens van het gemeentebrede risicoprofiel samengevat weergegeven:
In deze afbeelding staan gegevens van het gemeentebrede risicoprofiel samengevat weergegeven
Hieronder worden de belangrijke gemeentebrede risico’s (met hoogste invloed% en risicoscore toegelicht, die samen ongeveer 70% uitmaken van de totale omvang van de benodigde weerstandscapaciteit van €24,2 miljoen voor het risicoprofiel. De coronarisico’s hebben inmiddels een lager invloed percentage en komen niet meer voor in onderstaand overzicht van de Top risico’s.
Er wordt een onderverdeling gemaakt van de belangrijke risico's per programma en portefeuilleonderdeel:
Risicogebeurtenis | Kans | Geld | Geld (Max) | Risico score | Invloed (%) | Gewijzigd t.o.v. Jaarverslag 2021 |
---|---|---|---|---|---|---|
S00 Bestuur, dienstverlening en financiën | ||||||
Bedrijfsvoering | ||||||
De Connectie | 4 | 5 | € 2.650.000 | 20 | 6,2% | Ongewijzigd |
De begroting van de BVO De Connectie kent een aantal onzekerheden dat een risico vormt: | ||||||
Bedrijfsvoering | 3 | 5 | € 2.500.000 | 15 | 4,9% | Ongewijzigd |
Het risico bestaat dat er op de bedrijfsvoering een financieel tekort ontstaat, bijvoorbeeld als gevolg van afrekeningen/meerwerk van De Connectie. | ||||||
S02 Bereikbaarheid | ||||||
Mobiliteit | ||||||
Aflopen OV-concessie RijnWaal | 2 | 5 | € 1.300.000 | 10 | 2,2% | Ongewijzigd |
Op dit moment krijgt de gemeente Arnhem een jaarlijkse vergoeding voor de trolley gerelateerde kosten binnen de huidige OV-concessie afspraken. De huidige OV-concessie loopt tot eind 2022. Het aanbesteden van de nieuwe OV-concessie is uitgesteld tot 2024. Voor de periode 2022-2024 december 2024-juni 2026 gaat de provincie met een noodconcessie werken. De verwachting is dat de jaarlijkse vergoeding van € 1,3 miljoen van de provincie tijdens de noodconcessies gecontinueerd wordt. Voor de nieuwe concessieperiode vanaf juni 2026 zullen in 2024 nieuwe afspraken gemaakt worden met de provincie. | ||||||
S06 Participatie en armoedebestrijding | ||||||
Werk en Inkomen | ||||||
Inkomensregelingen (BUIG); maximaal eigen risico | 4 | 5 | € 7.300.000 | 20 | 14,2% | Ongewijzigd |
Op BUIG geldt, middels de vangnetregeling, een maximaal eigen risico van 10% (gekoppeld aan de hoogte van het budget). Het maximaal eigen risico bedraagt op basis van het voorlopige BUIG 2022 € 10,4 mln. Op basis van de begrotingssystematiek BUIG van Arnhem wordt voorgesteld in de exploitatie 2022 rekening te houden met een tekort van € 3,1 mln. Het verschil tussen het maximale eigen risico en het tekort in de begroting a € 7,3 mln. is opgenomen. | ||||||
Re-integratiebudget - Rijksontwikkelingen | 4 | 5 | € 2.000.000 | 20 | 3,9% | Ongewijzigd |
Het re-integratiebudget staat onder druk. Er is geen ruimte voor extra zaken. De participatiemiddelen zijn onder andere nodig om de ambitie in de begroting op het gebied van werk te realiseren. Onder andere vanwege rijksontwikkelingen bestaat het risico dat niet op het juiste moment geld beschikbaar is om in te zetten: | ||||||
Armoedebeleid | ||||||
Compensatie stijgende energielasten | 5 | 5 | € 2.500.000 | 25 | 6,3% | Nieuw |
Door de stijgende energielasten kunnen inwoners in de financiële problemen komen. In 2022 heeft het Rijk via de gemeenten deze energielasten deels gecompenseerd met een eenmalige tegemoetkoming van € 800 per huishouden. De compensatie vanuit het gemeentefonds is in 2022 waarschijnlijk niet voldoende, maar kunnen we afdekken met incidentele middelen. Het risico bestaat dat inwoners in 2023 wederom worden geconfronteerd met gestegen energielasten en dat het Rijk dit niet of onvoldoende compenseert: risico bedraagt dan € 2.500.000. Daarnaast komt er wellicht landelijk beleid dat inwoners stijgende energielasten gecompenseerd kunnen krijgen vanuit Bijzondere Bijstand. Als hier geen extra vergoeding vanuit het rijk volgt, dan leidt dit tot een overschrijding van het budget. | ||||||
S07 Zorg | ||||||
WMO en sociale wijkteams | ||||||
Zorgpartijen in financiële problemen | 5 | 4 | € 1.000.000 | 20 | 2,5% | Gewijzigd+ |
Steeds meer (landelijke opererende) zorg- en jeugdzorginstellingen, waaronder de instellingen voor jeugdbescherming, zijn of onvoldoende in staat om mee te bewegen met de transformatie of raken door andere oorzaken in de financiële problemen en gaan in het uiterste geval failliet. Het gevolg daarvan is dat de zorg en/of bescherming aan de cliënten die onder behandeling en/of toezicht staan, niet voldoende gegarandeerd of gecontinueerd kan worden. Gelet op de zorgplicht die de gemeente heeft kan zij gedwongen zijn de zorgaanbieder bij te staan om zo de zorg te kunnen continueren. Omdat het meestal grote externe partijen met veel cliënten betreft, kan ook de druk om de overeengekomen zorgtarieven met deze partijen te verhogen, groter worden. | ||||||
Lvb middelen (Licht verstandelijke beperkten) | 5 | 4 | € 1.000.000 | 20 | 2,1% | Ongewijzigd |
Jaarlijks ontvangen we als gemeente Arnhem een bijdrage van regiogemeenten voor verblijf LVB. Besluitvorming binnen de regio liep tot 2021, over 2022 en verder worden nog nadere afspraken gemaakt. Het risico is aanwezig dat deze bijdrage niet meer ontvangen zal worden voor 2022 en verder. | ||||||
Jeugd /Jeugdzorg | ||||||
Aanpassing woonplaatsbeginsel Jeugdzorg | 3 | 5 | € 1.600.000 | 15 | 2,2% | Gewijzigd+ |
Uit een analyse van overdragen jeugdzorgcliënten tussen Arnhem en andere gemeenten als gevolg van de wettelijke aanpassing in het woonplaatsbeginsel Jeugdwet, blijkt dat de kosten van Arnhem hoger uitvallen dan eerder in de initiële begroting 2022 is opgenomen. In het kader van de turap-2 2022 en de begroting 2023 is hiervoor incidenteel voor de jaren 2022 en 2023 extra budget uitgetrokken. Evenwel blijken uit de analyse ook nog aflopende zorgtoewijzingen van andere gemeenten ter waarde van € 1,6 miljoen voor te komen die niet bij Arnhem in rekening zijn gebracht. | ||||||
S08 Welzijn en inclusie | ||||||
Welzijn | ||||||
Opvang vluchtelingen Oekraïne | 2 | 5 | € 8.400.000 | 10 | 5,9% | Nieuw |
De oorlog in Oekraïne heeft een grote vluchtelingstroom als gevolg in de buurlanden en ook in landen verder van Oekraïne zoals Nederland. De overheid streeft er naar om 75.000 opvang plekken te bieden voor Oekraïners. In Arnhem worden tot nu toe ca. 300 vluchtelingen door de gemeente op cruiseschepen opgevangen en ca 270 mensen krijgen opvang door particulieren. De opvang op schepen is korte termijn opvang, voor de (middel)lange termijn is semipermanente huisvesting nodig. Het rijk stelt een normbedrag van € 100,- per dag per gerealiseerde opvangplek beschikbaar voor de dagelijkse kosten die de gemeente maakt i.v.m. de opvang. Dit bedrag is vooralsnog voor 6 maanden vastgesteld. Als de opvang langer duurt en het rijk de regeling niet voldoende verlengt of als de gemeentelijke kosten hoger zijn dan het normbedrag, loopt de gemeente een financieel risico. De kosten voor opvang zijn ca. € 900.000 per maand. In de risicoberekening is aangenomen dat de kosten 4 maanden langer kunnen doorlopen dan er dekking vanuit het rijk wordt ontvangen. Semipermanente opvang vergt vooralsnog een investering van ca. 4,8 miljoen. Het rijk heeft nog niet definitief toegezegd dat deze investering door hen gefinancierd zal worden, de gemeente loopt daarmee een risico. De meer indirecte gevolgen van de oorlog, zoals het macro-economisch effect en lange termijn effecten van de vluchtelingenstroom binnen Europa, zijn niet nader gekwantificeerd. Het opgenomen risicobedrag is 4 * € 900.000 maandelijkse lasten + € 4,8 miljoen investering, totaal € 8,4 miljoen. | ||||||
S12 Wonen en leefomgeving | ||||||
Openbare ruimte | ||||||
Beheerskosten Arnhem Centraal | 3 | 5 | € 3.000.000 | 15 | 4,2% | Ongewijzigd |
Naar aanleiding van de stand van het onderzoek dat wordt uitgevoerd naar alle lekkages op AC is het aannemelijker dat er verregaande herstelmaatregelen noodzakelijk zijn. Het 'slechts' treffen van beheer(s)maatregelen is niet afdoende en kan op de lange termijn naar verwachting ook teveel schade toebrengen aan de levensduur en kwaliteit van het beton. | ||||||
Wonen | ||||||
Planschade plan van aanpak woningsplitsing en verkamering | 3 | 5 | € 2.700.000 | 15 | 3,8% | Ongewijzigd |
Op 16 december 2020 is het facetbestemmingsplan woningsplitsing en verkamering onherroepelijk geworden. Dit bestemmingsplan beperkt de bouw- en gebruiksmogelijkheden van eigenaren. Hierdoor bestaat er een risico op planschadeclaims van eigenaren en andere rechthebbenden. Het verzoek om planschade kan tot vijf jaar na het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan worden ingediend (tot eind 2025). Het risico op planschadeclaims is aan de orde voor het gebied (Spijkerkwartier e.o) waarvoor per juli 2019 een Voorbereidingsbesluit gold. Omdat voor de rest van de stad geldt dat het college tijdig kenbaar maakte dat een facetbestemmingsplan in voorbereiding was, konden eigenaren anticiperen op het nieuwe beleid, en is het risico voor het grootste deel van de stad gemitigeerd. | ||||||
Prijsstijgingen in de bouw | 5 | 4 | € 1.000.000 | 20 | 2,5% | Nieuw |
In de begroting wordt een reële inschatting gemaakt van de te verwachte kostenstijgingen, maar afgelopen periode heeft uitgewezen dat deze veelal te laag werden ingeschat. Als gevolg van de sterke prijsstijgingen in de bouw de afgelopen periode, zijn aannemers/uitvoerders niet (meer) bereid om het risico van prijsstijgingen te dragen. Uitvoering van projecten en werken dreigt daarmee stil te vallen. Daarnaast is er overspannenheid op de bouwmarkt met als gevolg personeelstekort en moeizame leveranties van materialen. Door de hogere loonkosten die worden doorberekend en de uitloop van projecten als gevolg van vertraagde leveranties ontstaat ook een deel van de huidige meerkosten. Door het opnemen van de ‘risicoregeling indexering prijsstijgingen bouw’ in de contracten wordt het prijsrisico verlegd van de aannemer naar de gemeente. Hiermee ontstaat het risico dat bestaande budgetten niet meer toereikend zijn omdat aanbestede werken niet prijsvast zijn. |